11-08-2008

Quelle Horreur...

Soms wordt je in het leven op je wenken bediend. Ik schreef in een vorig bericht al over de angst om voor racist versleten te worden die zelfs de vrijgevochten scribenten van Het Vrije Volk in de greep heeft. Een perfecte illustratie daarvan volgde gisteren in de vorm van het protest van Muriel Muyres tegen de sneer die in de rubriek "Ondertussen, bij de buren" werd uitgedeeld aan het Olympisch Elftal van Foppe de Haan.

In die rubriek wordt een overzicht gegeven van verwijzingen naar artikelen her en der op het internet die in de ogen van de redactie van Het Vrije Volk wel eens van interesse zouden kunnen zijn voor bezoekers van de site. Regelmatig wordt daarbij gebruik gemaakt van spot en ironie. Zo werd afgelopen zondag met de tekst "Foppe's jonge multikul-oranje gered door één van de weinige blanken" verwezen naar een wedstrijdverslag in De Telegraaf van het in blessuretijd behaalde 2-2 gelijkspel van het Nederlands Olympisch voetbalteam tegen de Verenigde Staten.

Schaamte
Die woorden schoten Muyres in het verkeerde keelgat. "Ondanks de dramatisch mislukte multiculturele samenleving (...) steun ik iedere voetballer die ons land vertegenwoordigt," verklaart Muyres geschokt. Fantastisch, niemand weerhoudt Muyres en de medeondertekenaars van zijn protest ervan iedereen die een oranje shirt aantrekt blind en onvoorwaardelijk te steunen. Alleen was de reden dat de sneer werd uitgedeeld nou juist dat deze voetballers een jaar geleden in een onbewaakt ogenblik de indruk hadden gewekt dat ze zichzelf, puntje bij paaltje, toch vooral zagen als vertegenwoordiger van hun land van herkomst, door na het behalen van het Europees Kampioenschap voor jeugdteams te gaan zwaaien met Surinaamse vlaggen. Dat leidde alom tot verontwaardigde reacties en bracht de KNVB ertoe het wapperen met buitenlandse vlaggen door spelers van vertegenwoordigende elftallen officieel te verbieden.

De sneer waar Muyres en de zijnen zich zo druk over maken is hoogstwaarschijnlijk weinig meer dan een verlaatte uiting van de irritatie die dat incident opriep. Hier zou een verhandeling kunnen volgen over het belang van humor als uitlaatklep voor maatschappelijke spanningen, maar ik zal het er bij laten vast te stellen dat je zo druk maken over over een snedige opmerking en daarbij een woord als "schaamte" te gebruiken, getuigt van humorloosheid en een ernstig gebrek aan relativeringsvermogen. Over de geur van morele zelfbevlekking die dit soort politiek correcte uitingen van ontzetting, die vooral lijken te dienen om de eigen morele verhevenheid ten toon te spreiden, oproepen zwijg ik ook maar.

Wat is er overigens uberhaupt zo verschikkelijk aan om je niet, of minder, te kunnen identificeren met een team waarin je jezelf niet kunt herkennen? De verbondenheid met sporters en sportteams staat en valt bij volstrekt irrationele vormen van emotionele betrokkenheid. Te doen alsof ras daar geen rol bij zou moeten mogen spelen, is weer zo'n dwaze ontkenning van de menselijke aard waar de politiek correcte kliek de laatste decennia een patent op heeft gehad. Het is een feit dat we, op puur instinctief niveau, anders reageren op mensen van onze eigen etniciteit dan op die van een andere. Dat is aangetoond door onderzoek. Wat schieten we er mee op dat te ontkennen of er een drama van te maken?

Geen natuurlijke verschillen?
Alsof deze storm in een glas water al niet bespottelijk genoeg was, getuigt de verwarde en gehaast overkomende bewoording van het protest ook nog eens van een naïef egalitair denken, dat rechtstreeks uit de hoogtijdagen van de maakbaarheidsgedachte lijkt te stammen. "Er zijn geen natuurlijke verschillen tussen mensen" wordt namelijk vol aplomb verkondigd. We zullen er maar vanuit gaan dat in de haast even vergeten is duidelijk te maken dat er wordt gedoeld op verschillen langs raciale lijnen. Het is tenminste moeilijk voor te stellen dat iemand heden ten dage nog zou betogen dat er überhaupt geen aangeboren verschillen in aanleg en begaafdheid bestaan tussen individuen. Maar dan nog blijf het kolder.

Een verschil in huidskleur is immers al een natuurlijk verschil, dus daarmee is het idee dat er geen natuurlijke verschillen langs raciale lijnen zijn op zich al van tafel. De significante verschillen in vatbaarheid voor bepaalde ziektes die tussen raciale groepen bestaan, maken duidelijk dat de verschillen zich ook zeker niet beperken tot de oppervlakte van de huid. Goed, om wat Muyres eigenlijk bedoelde nog maar wat nader te preciseren: waarschijnlijk werd er bedoeld dat er geen verschillen in aanleg voor bepaalde activiteiten is tussen de rassen. Daarmee raken we aan de kern raken van het taboe dat rust op raciaal bepaalde verschillen.

Nu zou je zeggen, dat de zware oververtegenwoordiging van gekleurde spelers in het Olympisch team, al wijst in een andere richting. Op zich zijn er best sociaaleconomische en culturele factoren te vinden die aan die oververtegenwoordiging bijdragen. De voetballers van het Nederlands Elftal komen bijvoorbeeld van oudsher vooral uit de steden, waar altijd wel kinderen voor een partijtje te vinden zijn en pleintjes om op te spelen. Een factor bij de radicale verkleuring van het Nederlandse jeugdteam de afgelopen jaren zou dan kunnen worden gevonden in de even radicale verkleuring van de Nederlandse steden. En zo zijn er ongetwijfeld meer factoren te verzinnen.

Maar kan een zo structurele en totale oververtegenwoordiging van donkere speler als bijvoorbeeld bij het Franse nationale elftal het laatste decennium het geval is en die, blijkens de samenstelling van het Olympisch Elftal, ook ons voorland is, werkelijk louter door omgevingsfactoren worden verklaard?

Het voert te ver om hier uitgebreid op die vraag in te gaan. Het punt is dat het een vraag is die niet op basis van een taboe buiten de orde moet worden geplaatst. Zeker niet in een samenleving die er voor "gekozen" heeft om, behalve een multicultureel, ook een multiraciaal karakter aan te nemen. Want als er namelijk, quelle horreur, onverhoopt nou eens wel gemiddelde verschillen in aanleg bestaan tussen de verschillende raciale groepen die groot genoeg zijn om gevolgen te hebben voor de maatschappelijke prestaties, dan lijkt het toch beter om daar open en rationeel over te kunnen praten.

Zo niet, dan heeft de anti-discriminatieindustrie vrij spel om optimaal misbruik te maken van hun kant en klare verklaring voor verschillen in maatschappelijke prestaties: D-I-S-C-R-I-M-I-N-A-T-I-E.